Stamboom van Hagenbeek

Vader: Willem de Cuser
Moeder: Ida van Oosterwijk

• Geboren: in 1315 [[https://gw.geneanet.org/marcvanroon?lang=nl&pz=marc+antoni&nz=van+roon&p=coenraad&n=cuser]]
• Gedoopt: [[http://gw1.geneanet.org/index.php3?b=uijtterlinde&lang=nl;p=koen;n=van+oosterwijk]]
• Baljuw en rentmeester van Schoonhoven, Gouda en Texel, baljuw van Amstelland 1367
• Overleden: in 1407 (ongeveer 92 jaar oud)

Raad van hertog Albrecht, ridder, heer van Oosterwijk, Amstelveen, Sloten, Osdorp en Schoterbosch. Baljuw van Amstelland 1368-1383. Houtvester van Holland 1397, kastelein van Teilingen 1400, verbannen 1403

In 1334 wordt Koen van Oosterwijk genoemd als baljuw en rentmeester van Schoonhoven en Gouda. Hij was getrouwd met Ada uit een onbekend geslacht. Al in 1338 werd bepaald dat Ter Heul aan hun oudste dochter, Agnes, zou toevallen. In juni 1349 werd Koen van Oosterwijk in de strijd bij Schoonhoven tussen Holland en de bisschop van Utrecht door de bisschop gevangen genomen, zodat hij moest worden losgekocht. Op 22 november van datzelfde jaar gaf zijn vrouw aan Agnes een lijftocht op het goed, zodat zij in ieder geval van inkomsten voorzien zou zijn. In 1363-1364 was Koen van Oosterwijk baljuw en rentmeester van Texel en Vlieland. Zijn dochter Agnes van Oosterwijk trouwde in 1382 met een zekere Jan van Herlaar. De Van Herlaars behoorden tot de Brabantse adel, maar hadden zich gaandeweg ook buiten Brabant gemanifesteerd. In het nabij Ter Heul gelegen Ameide waren zij al in het derde kwart van de 13e eeuw aanwezig. De naam Jan komt bij de Van Herlaars in de 14e eeuw veelvuldig voor. Deze Jan van Herlaar was een Van Herlaar van Meerwijk. Jan van Herlaar en Agnes van Oosterwijk kregen tenminste vier zonen en een dochter. Aan de oudste zoon, Jan, viel Ter Heul toe. Deze noemde zich voortaan Jan van Herlaar van der Heul. Behalve Ter Heul had hij verder bezittingen in de Alblasserwaard en de Bommelerwaard.

Dossier: