Stamboom van Hagenbeek

Vader: Ary Jorisz Koppert
Moeder: Henderina de Man

• Gedoopt: op 20 april 1699 te Schiedam
• Kleermaker en schoolmeester
• Begraven: op 28 mei 1750 te Schiedam

12-11-1730: Jan en Anna laten voor notaris Jan van Lijken hun testament maken.
13-1-1736: In een boedelbeschrijving verleden voor notaris Simon Knappert, wordt vermeld dat aan Jan Koppert is betaald voor het maken van een kleed met zijn verschot ƒ 5-18-0.
25-7-1736: Jan Koppert is getuige bij een notariële akte voor notaris Simon Knapper. Er wordt een woonhuis geveild, gelegen op de Hooghstraat, en belent ter eener zijde is Jan Coppert.
1-2-1739: Betaling aan Jan Coppert over onderwijs aan de overledene in haar leven gedaan, de somme van ƒ 1-8-0. Het gaat om Jannetie Gijsen Stolck, huisvrouw van Antony Wijnantse van Bree.
10-1-1746: Jan Koppert de schoolmeester, wordt tot voogd benoemd door Ary van Diggelen en Maritie Plooy.
28-6-1727: Bekeuringen bij hoofdluyden van het kleedermakersgilde. Jan Koppert is bekeurd over het in dienst hebben van een onvrij meissie en heeft betaald ƒ 6-0-0. Jan Koppert heeft op 22-3-1727 zijn
proeve gedaan. Hij heeft leerkinderen van 1731 tot 1741, waaronder in 1737 Henderina Koppers, die opvallend weinig lesgeld betaalt. Dat moet zijn dochter van 7 jaar zijn.
Uit de nominatie bij de Deecken en Hoofdluyden van het Kleeremaeckersgilde ende Knoopmaeckersgilde, waarop Adriaen van den Eelaard en Jan Koppert stonden genomineerd, is de eerste geëligeerd tot Hoofdman.
2-2-1737: Er wordt een schuldrentebrief gepasseerd voor schepenen van Schiedam van Jan Koppert t.b.v. vrouwe Cornelia Weymans, weduwe van Karel Bosschaert, voor een bedrag van ƒ 700 (nu per
reste nog 500 gld) onder verband van een huis en erve gelegen aan de oostzijde Gooystraat, Schiedam.
Belend aan de noordzijde Pieter van der Willige, en aan de zuidzijde Jan Casimir Comsius, van voor van de straat tot achter ’s-Heeren bansloot, van welke hypoteecq possesseur en debiteur van deesen
Leendert Spieringshoek is. Vervallende primo november. Dit wordt vermeld in een boedelscheiding op 5-3-1757 voor notaris Simon Knappert. Hij kocht dit huis op 2-2-1737 voor ƒ 900. Er is ook
sprake van bovengenoemde schuld op 19-10-1746, die dan nog ƒ 600 is, bij een akte van scheiding van vrouwe Cornelia Weymans.
10-2-1746: wordt Jan Koppert de schoolmeester benoemd tot voogd.
6-9-1752: Anna van Leeuwen is in het St. Jacobs Gasthuis gegaan. Johanna van Leeuwen is nog doopgetuige te Schiedam bij Lena Kool, een kleinkind van haar, op 15-12-1754.
7-1-1751: Vermelding als belender van een huis en bakkerij van de erven van der Willigen aan de oostzijde van de Gooystraat: ten zuiden de weduwe Jan Koppert, van vóór van de straat tot achter aan
klein Groenendaal.
1758: Betaald aan Jan Koppert, schoolmeester, over een vierendeel jaar schoolgeld, met boeken,
pennen, inct, voor Neeltie, de dochter van Arent Capteyn, overl. op 11-4-1743, de somme van 1-19-
0.60
1759: Bij de boedel van Willem van Basel wordt als belender in de Gooystraat Schiedam, Jan Koppert
genoemd.61
Toen Jan overleed woonde hij in de Gooystraat. Vermoedelijk is Jan Koppert de kleermaker en de
schoolmeester dezelfde persoon, maar verwarrend werkt wel, dat er na zijn genoemd overlijden nog
akten zijn, waarin wordt vermeld dat hij geld als schoolmeester tegoed heeft. Het gaat dan om
tegoeden uit veel eerdere perioden. Of dat gebruikelijk is, en aan wie dat geld dan uitbetaald wordt,
wordt niet vermeld. Uit niets blijkt dat er in dezelfde periode nog een andere Jan Koppert is.
Bovendien worden steeds hetzelfde adres en belendingen genoemd.