Van de ten minste 4 verschillende hofsteden van het geslacht Teilingen, was aan die te Voorhout een groot aantal lenen verbonden. Deze hofstede werd als recht leen gehouden van de graaf en na het kinderloos overlijden van heer Willem van Teilingen verviel deze aan Floris V, die kort hierna Catharina de Durbuy, weduwe van de heer van Voorne, ermee beleende voor haar leven, met inbegrip van de leenkamer. Na haar dood in 1328 verviel ook de leenkamer opnieuw aan de graaf, behalve enkele lenen die ten onrechte met die van Voorne waren vermengd geraakt. Dirk, heer van Teilingen, had in de tweede helft van de dertiende eeuw een leenkamer van flinke omvang tot stand gebracht. In een geval zien wij, hoe hij dat resultaat door verkoop bereikte.' Minder duidelijk is van welke hofstede deze leenmannen moesten afhangen. De heer van Teilingen beschikte immers in de kastelen Teilingen in Voorhout en het huis te Warmond bij de oude kerk over twee kandidaten. Wellicht moesten zij de eer delen. Hoe dit zij, in 1282 stierf Dirk van Teilingen, het jaar daarop gevolgd door zijn oudste zoon Willem, die overleed zonder zoon. Teilingen en het leenhof vervielen daarom aan de graaf van Holland. De leenmannen verhieven hun lenen dientengevolge bij hun nieuwe heer, welk feit wij in 1284 hebben geplaatst. Omstreeks 1300 gaf de graaf Teilingen het leenhof aan Katharina van Durbuy, die eerder vrouwe van Voorne was. Niet alle leenmannen volgden haar echter, de lenen van de heer van Brederode werden zelfs gedeeld tussen haar en de graaf, van wie Voshol c.a. bleef afhangen. Veel baten leverde het leenhof haar niet want de heergewaden gingen naar de commandeur van St. Jan te Haarlem. Toen Katharina in 1328 stierf, verhieven de mannen hun leen in 1329 ten tweede male bij de graaf. Ditmaal zouden zij voorgoed in de grafelijke leenkamer blijven. Eerder meenden wij een leen in Katendrecht aan het leenhof van Teilingen te moeten toewijzen. Bij nader onderzoek bleek het toch aan de hofstede Voorne te behoren, waaraan het alsnog zal worden toegevoegd.
Catharina de Durbuy, weduwe van Albrecht van Voorne, hertrouwde (2) in 1297 met Wolfert I van Borsselen (gest. 1299)
Catharina sloot (dus) tweemaal een huwelijk met een machtig edelman in het graafschap Holland en Zeeland.
Dit maakte Catharina in de decennia rond 1300 tot een van de meest prominente vrouwen van dit gebied.
In de geschiedschrijving wordt zij echter vooral vermeld als de minnares van Floris V van Holland
Ook na haar (her-)trouwen met Wolfert mocht ze het kasteel Teylingen blijven bewonen, ... Floris V's vriendin woonde er tot haar dood in 1328
Laatst gewijzigd:
18 november 2020
link:
https://ngv-stambomen.nl/gdp/index.php/pers/get/5-2533
Gekopieerd!