Stamboom van Hagenbeek

Vader: Wisse Hubuucsz van der Lisse
Moeder: NN

• Geboren: ± 1370

Clays Wisse Hobuucsz. van der Lisse, zoon van Wisse Hobuucsz. van der Lisse (IX-A),
wonende te Zierikzee.

27 november 1380:
Poorter van Zierikzee, Clays Wisse Hobuucss, verpond Lb. 50.<107>
N.B.: Zij noemden zich nog geen van der Lisse
Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:
1 Wisse Clays Wissesz. van der Lisse

Het geslacht van der Lisse ontleent haar naam aan het dorp/toponiem Emelisse dat gelegen heeft op Noord-Beveland in Zeeland. Emelisse wordt voor het eerst genoemd op 5 februari 1216, Paus Innocentius III bevestigt het kapittel van Sint-Pieter te Utrecht in het bezit van een aantal kerken, een tiend en een hof, waarbij vermeld wordt Emelnesse. Al op 28 mei 1215 neemt Paus Innocentius III het kapittel van Sint-Pieter te Utrecht in zijn bescherming waarbij vermeld wordt tienden in o.a. Zeeland. De naam Emelisse zou betekenen een landtong uitspringend in zee of benedenrivier.

De plaats blijkt van een zekere importantie te zijn. In 1230 blijkt er een kerk en een hospitaal/gasthuis te staan.3 Graaf Willem van Henegouwen bevestigt op 6 maart voorgaande oorkonde en begiftigt zijnerzijds het gasthuis tegen een jaarlijkse pacht van 10 schellingen 8 grooten met 10 gemeten tienden.4 Op 3 augustus 1322 neemt graaf Willem III het gasthuis, dat door zijn voorouders was gesticht, in bescherming. Gasthuizen waren in eerste instantie bedoeld voor het huisvesten van zieke reizigers en vreemdelingen en waren karakteristiek voor een havenplaats. Havenplaatsen waren van militair-strategisch belang en betekenden voor een graaf inkomsten uit accijnzen en andere belastingen, en de mogelijkheid geld te lenenvan kooplieden of Lombarden; Lombarden zijn Noord-Italiaanse bankiers, zoals begin veertiende eeuw aanwezig in Middelburg, Zierikzee en Emelisse. Op 11 juni 1308 geeft graaf Willem III aan de Lombarden toestemming zich met ingang van 11 november eerstkomende voor twaalf jaar in Zierikzee en Emelisse te vestigen.

Dossier: