Stamboom van Hagenbeek

Vader: Stigand de Norwich
Moeder: NN

• Geboren: ± 1020 te Rouen (F)
• Baron Normand de Mézidon et du Mesnil-Eudes
• Overleden: op 17 november 1066 (ongeveer 46 jaar oud) te Rouen (F)

In 1035 vergezelde hij hertog Robert de Magnifieke op een pelgrimstocht naar Jeruzalem, voordat hij kamerheer werd van diens jonge zoon en opvolger, Willem de Bastaard.

Rond 1050 liet Odon Stigand op verzoek van hertog Willem een strategisch fort bouwen aan de oever van de Dives, het centrum van een nieuwe heerlijkheid. Uit dit fort ontstond het stadje Mézidon (Mesodon ca. 1040), waarvan de naam in middeleeuws Latijn wordt vertaald als "Mansione Odonis" en betekent "Landgoed van Odon". Odon Stigand bezat talrijke lenen aan weerszijden van de Dives, richting Canon, Lécaude en Saint-Pierre-sur-Dives, maar ook in Cotentin, Rouen en omgeving.

Rond het jaar 1055 stichtte hij het priorij van Sainte-Barbe-en-Auge, gelegen in het bisdom Lisieux.

Odon Stigand of Stigand de Mézidon (overleden in november 1066, Rouen) was een Normandische baron uit de 11e eeuw, nauw verbonden met de hertogelijke familie.
Volgens Orderic Vital was hij een machtige heer in het westen van het Normandische hertogdom, die de titel baron van Mansione Odonis droeg. In 1035 vergezelde hij hertog Robert de Magnifieke op een pelgrimstocht naar Jeruzalem, voordat hij kamerheer werd van diens jonge zoon en opvolger, Willem de Bastaard.

Rond 1050 liet Odon Stigand op verzoek van hertog Willem een strategisch fort bouwen aan de oever van de Dives, het centrum van een nieuwe heerlijkheid. Uit dit fort ontstond het stadje Mézidon (Mesodon ca. 1040), waarvan de naam in middeleeuws Latijn wordt vertaald als "Mansione Odonis" en betekent "Landgoed van Odon". Odon Stigand bezat talrijke lenen aan weerszijden van de Dives, richting Canon, Lécaude en Saint-Pierre-sur-Dives, maar ook in Cotentin, Rouen en omgeving.

Na de wonderbaarlijke genezing van een van zijn zonen, rond het jaar 1055, stichtte hij het priorij van Sainte-Barbe-en-Auge, gelegen in het bisdom Lisieux. Deze tweede baron van Mézidon na de dood van zijn vader in 1066 bleef een sterke religieuze invloed op de streek uitoefenen. Collegiale kerken, priorijen en kerken bloeiden op, en heel Normandië stroomde toe naar deze regio van wonderen.

Odon Stigand stierf in Rouen in 1066; aartsbisschop Maurille woonde zijn begrafenis bij voordat hij werd begraven in de kloostergang van de abdij van St-Ouen.

De heerlijkheid Mézidon ging over op Rabel de Tancarville, aan wie zijn zoon, een andere Odon Stigand, zijn dochter Agnes had uitgehuwelijkt.

In 911, bij Ste Claire sur Epte, stond Karel III de Eenvoudige, koning van Frankrijk, Neustrië (het huidige Normandië) af aan Rollon om een einde te maken aan de rampzalige invallen van de Normandische piraten. Rollon werd toen de eerste hertog van Normandië. Deze Normandiërs, voornamelijk mannen, trouwden met Gallisch-Romeinse vrouwen en integreerden geleidelijk in de lokale bevolking, vooral door de religie en de christelijke beschaving aan te nemen. De Normandische hertogen en baronnen bouwden talrijke kerken, priorijen en abdijen, waar de beste dienaren van hun provincie werden opgeleid.

In 987 besteeg Hugo Capet de troon van Frankrijk. Enkele jaren later, in 1035, werd Willem de Bastaard, later Willem de Veroveraar genoemd na de verovering van Engeland in 1066, hertog van Normandië. Hij verbleef vaak in Falaise en had groot respect voor de heer van Ecajolet (nu Ecajeul), Odon Stigand. Zijn leengoed lag aan de oevers van de Dives, niet ver van een plaats waar men de rivier te voet kon oversteken, de eerste mogelijkheid sinds de zee, meer dan 20 km verderop. Deze oversteek verbond het kleine gehucht Ecajeul met de linkeroever, die toen Canon heette. Tussen deze twee gehuchten bevonden zich bossen en bosjes die aan de basis stonden van een kleine parochie: Le Breuil. In 1050 vroeg de hertog van Normandië zijn vriend Odon Stigand om dit strategische punt te beschermen en een fort te bouwen nabij deze doorwaadbare plaats.

Een echt kasteel verrees op de door Willem voorziene plek, tussen de twee armen van de Dives, en de tweede omheining omvatte het huidige gemeentehuis en de kerk Notre-Dame, die gebouwd werd op de plek van de kapel van het kasteel.

Een Latijnse tekst uit 1058 vermeldt de naam van de lokale heer: Stigandus de Manso Odonis, oftewel in het Frans: Stigand de Mez Odon, waarbij "mez" huis betekent ten noorden van de Loire. Langzaam veranderde deze naam in Mezedon, en vervolgens in Mézidon.

Deze eerste baron van Mézidon was een bekende en gewaardeerde persoon. Begin 11e eeuw vergezelde hij hertog Robert de Duivel op een pelgrimstocht naar Jeruzalem in 1035 en naar Byzantium, waar de keizers bijzonder de Normandische huurlingen waardeerden die als lijfwachten dienden. Toen hertog Robert in Nicea stierf in 1035, keerde Odon kort daarna terug naar Normandië. In 1055 keerde Robert, de tweede zoon van Odon, terug uit Constantinopel met de relieken van de heilige Barbara, martelares van Nicomedië, die hem door de keizer waren overhandigd, en nam in 1066 deel aan de verovering van Engeland met hertog Willem.

Odon, zeer oud, maakte een reis naar Rouen eind oktober, en overleed daar op 17 november 1066. Hij werd begraven in de kloostergang van de abdij van Saint-Ouen in Rouen.