- Geboren: ± 940 te Bavay
- Ecuyer
- Overleden: in 1006 (ongeveer 66 jaar oud)
De legendarische stichter en de apocriefe geschiedenis
Na de cordelier Jacques de Guyse, vertelt Jean Wauquelin in zijn "Chroniques du Hainault", een manuscript uit de 15e eeuw, dat Bavo, een neef van Priamus, die de belegerde stad Troje ontvluchtte, na vele avonturen een gastvrij land bereikte waar hij een stad bouwde die hij "Belges" noemde, het huidige Bavay. Volgens Wauquelin vertrokken zeven wegen, gewijd aan de planeten Jupiter, Mars, Venus, Saturnus, Mercurius, de Zon en de Maan, vanuit de zeven tempels van de stad. De oprichting van een gekozen monarchie luidde de neergang van de "stad van de Belgen" in, en de Belgen verloren hun eenheid en konden de Romeinse invasies niet weerstaan. Dit verhaal wordt sinds de 19e eeuw door de meeste historici als een fabel beschouwd, en nog meer door de bloedige interne strijd die koningin Ursa van de Belgen voerde tegen de voormalige koning Ursus. Toch, meer dan 1000 jaar na het begin van de Romeinse veroveringen, noemen Aubert Le Mire en enkele kroniekschrijvers uit Henegouwen Bavay nog steeds "Rome la Belgique", of Roma Belgica, zoals Jacques de Guyse eerder in een apocriefe historiografie die andere oudere bronnen samenvoegde, eenvoudigweg "Belgis" ("Belge"), een naam die volgens hem is afgeleid van Belis (van de god Bel).
Diverse modernere auteurs en "antiquairs" (personen die de oudheid bestuderen), waaronder Joseph Adolphe Aubenas, erkennen weliswaar een gebrek aan archeologisch bewijs, maar herinneren eraan dat andere teksten, die minstens uit de 1e eeuw na Christus dateren, ook vermelden dat Trojanen naar Gallië waren gekomen en daar een grote stad hadden gesticht. Zo schat Aubenas, lid van de Koninklijke Vereniging van Antiquairs van Frankrijk, opgericht in 1804 met als doel de studie van de beschaving van de Galliërs, de Franse geschiedenis en archeologie, in 1839 dat Jacques de Guyse niets heeft verzonnen, maar slechts heeft gerapporteerd wat de oude kroniekschrijvers lang voor hem hadden geschreven. Aubenas ondersteunt de door J de Guyse gerapporteerde theorie met Amien Marcellin en vooral Timagenes, die stelt dat "een deel van de bevolking van Gallië (volgens de druïden) kwam van verre eilanden en regio's voorbij de Rijn, waar ze waren verdreven door frequente oorlogen of zeespiegelstijgingen". Rucleri, Hunibaud of andere middeleeuwse kroniekschrijvers hebben dit verhaal niet verzonnen, zegt J Aubenas, want Timagenes zei hetzelfde meer dan 2000 jaar geleden, en na hem werd de Trojaanse oorsprong van de Franken ook bevestigd in Frankrijk, "in de Epitome van Frédegaire en zijn fragmenten en de kroniek van Hunibaud, en Fréculphe, die zich in de eerste helft van de negende eeuw formeel uitdrukte.
Relaties:
Relatie met onbenoemde persoon
Laatst gewijzigd:
6 maart 2025
link:
https://ngv-stambomen.nl/gdp/index.php/pers/get/5-90979
Gekopieerd!