Stamboom van Hagenbeek

Vader: Jacob Jansz de Veselaer
Moeder: Lijsbeth Tempelaer

• Geboren: ± 1493 te 's-Hertogenbosch
• Overleden: op 16 oktober 1570 (ongeveer 77 jaar oud) te Antwerpen

Goudsmids-koopman, deken goudsmedengilde, stichtte een maatschap voor handel in wandtapijten, generaal van de Munt.

Hij had nauw contact met andere De Veselaers die gevestigd waren in Parijs en Lyon. Al snel verzekerde hij zich van een fantastische cliëntele, onder meer bestaande uit koning Frans I, die talrijke juwelen, edelstenen en tapijten van hem kocht.
Nadat hij in 1548 zijn maatschappelijk succes bekroond zag door zijn aanstelling tot generaal van de Munt betrok hij zijn schoonzoons bij zijn handelsactiviteiten. Behalve Jacques HOEFNAGEL waren dit Joost de VOGELAER en Melchior BAELDE. Vooral zijn relatie tot Hoefnagel was uitstekend. Hoefnagel deed al spoedig nauwelijks voor zijn schoonvader onder: in 1553 leverde hij bijvoorbeeld aan Maria van Hongarije een kostbare waaier versierd met robijnen en diamanten.
Zij waren tevens betrokken bij de turfuitbating van de koninklijke veengronden in Gelderse Vallei (was een grootschalige, op een kapitalistische productiewijze gebaseerde onderneming waar ook de familie SCHETZ deel van uitmaakte). Dat was bijzonder winstgevend door de stijdende brandstofprijzen als gevolg van o.a. de koortsachtige bouwactiviteiten in de stedelijke centra.
Gezamenlijk zetten zij een compagnie op gericht op de handel (van o.a. juwelen) met Zweden, waar zij veel succes mee hadden.
Source: bossche-encyclopedie.nl
In Antwerpen wordt Joris Vezelaer reeds in 1524 genoemd als deken van het goudsmedengilde. Hij zal dus zeker ook als goudsmid opgeleid zijn. Hij was gedurende 23 jaar verbonden aan de Antwerpse Munt, eerst als 'prevost' later als muntmeestergeneraal in dienst van keizer Karel V. Vanaf 1528 runt hij ook een familiebedrijf in wollen stoffen (tapijten), juwelen, schilderijen en andere luxe artikelen. Vooral t.a.v. tapijten had hij een grote naam. Ook vestigingen in Parijs, Lyon en Bordeaux. Naast goudsmid was hij dus ook een geslaagde handelaar. Koning Frans I van Frankrijk en Maria van Hongarije (regentes der Nederlanden en zus van Karel V) behoorden tot zijn klanten. Hij bleef echter ook zijn beroep als goudsmid trouw. Zo maakte hij in 1530-1531 in opdracht van het stadsbestuur van 's-Hertogenbosch een gouden beker voor Floris van Egmond, graaf van Buren en Leerdam.