Stamboom van Hagenbeek

Gerardus Lijstrius

Gerardus Lijstrius (Listrius; Lyster; Lijster)
Vader: Gheryt Henrix Soen Lijsters
Moeder: NN
  • Geboren: tussen 1470 en 1480 te Rhenen
  • Overleden: na 1522 (ongeveer 52 jaar oud)

Lijstrius bezocht de Latijnse of St. Lebuinusschool te Deventer toen deze nog onder het rectoraat van Alexander Hegius stond, studeerde van febr. 1506 af te Leuven en ontving het licenciaat en doctoraat in de medicijnen op 8 apr. 1514 te Pavia. In 1519 huwde hij Justina (Stijntje), die na Lijstrius' overlijden hertrouwde met Berndt van Reese.
Na zijn studies voltooid te hebben, verbleef hij te Bazel, waar hij als arts werkzaam was en deel uitmaakte van de 'sodalitas' om Desiderius Erasmus. Op zijn verblijf in Bazel volgde een kort verblijf in Keulen.
In deze jaren blijkt Lijstrius zich tot een ware humanist ontwikkeld te hebben; hij was een 'vir trilinguis', schreef poëzie en brieven in het Grieks, was te Bazel als corrector verbonden aan de drukkerij van Joh. Froben, schreef een gedeeltelijk (nog altijd gezag-hebbend) commentaar op Erasmus' Moria en was bevriend en correspondeerde met vooraanstaande humanisten als B. Rhenanus, J. Reuchlin, B. Amerbach, U. Zasius, Thomas More en vooral Erasmus.
In 1516 vestigde hij zich in Zwolle als rector van de Latijnse school. Hij onderhield contacten met vertegenwoordigers van de moderne devotie, was de auctor intellectualis van de Officina Corveriana", zette de cultivering van de humanistische studies voort en legde zich vooral toe op het onderwijs in het Grieks en op de hervorming van het onderwijs in grammatica en logica. Ook in dezen een volgeling van Erasmus, hield hij zich eveneens bezig met theologische kwesties. Hij bestudeerde Erasmus' Novum Instrumentum en vatte het plan op diens Enchiridion militis christiani van verklarende aantekeningen te voorzien. Op grond van L.' editie van dit geschrift en zijn toelichting hierop aan zijn leerlingen verdachten de plaatselijke dominicanen LISTRIUS van ketterij.
In een brief aan Gos. van Halen d.d. 13 febr. 1520 verdedigde hij zich echter met de verzekering dat iemand die aan werken van liefde en barmhartigheid de voorkeur geeft boven de ceremoniën, deze daarmee nog niet veracht en dat iemand die de biecht een kerkelijke instelling noemt, haar daarmee nog geen schade toebrengt".
In 1520 correspondeerde Lijstrius ook met Maarten Luther.
Toen de Zwolse dominicanen hem van de kansel om zijn lutherse sympathieën aanvielen, verdedigde hij zich in een open brief (Epistola theologica adversus dominicanos Suollenses). Uit dit geschrift blijkt dat Lijstrius inmiddels standpunten innam, die voor Luther typisch en karakteristiek waren. Luthers opvattingen over de rechtvaardiging ex nuda fide vel sola fide", over de fröhliche Wechsel" en over de christelijke vrijheid, alsmede zijn verwerping van de mis als herhaling van het unieke offer van Christus, zijn in dit werk van Lijstrius aantoonbaar aanwezig.
Op grond van een aantal opmerkelijke parallellen met L.' open brief, is Lijstrius waarschijnlijk te houden voor de (tot nog toe niet geïdentificeerde) auteur van de Confutatio determinationis doctorum Parrhisiensium contra Martinum Lutherum (Bazel 1523).
Vermoedelijk als gevolg van zijn conflict met de dominicanen verliet Lijstrius Zwolle in 1522, om het rectoraat van de Latijnse school te Amersfoort op zich te nemen. Nadien is er geen spoor van hem bewaard gebleven.
Lijstrius is te typeren als een aanvankelijke representant van het bijbels humanisme, die echter tegen het einde van zijn leven typisch lutherse ideeën verkondigde en Erasmus' humanistisch reformisme daarmee impliciet achter zich liet.
Aangaande hem vermeldt het handschrift: "Gerardus Lijstrius natus est Rhenae oppido ditionis Ultraiectine ad Rhenum, erat D. utriusque iuris. Habuit duos fratres,: Henricum et Nicolaum, qui filium habuit Henricum ex quo Elijsabetha Lijsters, nupta Craijvanger, habitabat Rhene 1617. Habuit etiam Gerardus Lijstrius sorores duas: Christinam Lijsters, nuptam in urbe Rhena N. de Bruijn (cuius posteritas inter-mortua est) et Alidt Lijsters, nupta in urbe Rhena Goossewijno Lijnden, cuius cognatus erat legatus D. Jacobus Dijckius, primus legatus Suevorum regis ad confederat. Belgii ordinis 1615. Hic Gerardus Lijstrius erat familiarissimus Erasmo et ad eius Moriae Aencomium commentaria edidit, ac in epistolis Erasmus saepe ad eum scribit, et Christinulam uxorem eius saepe salutat, cuius nomine postea filia huius Margrete appellata est, quae Joanni Heurnio nupta fuit.
Gerardus Lijstrius natus est Rhenea oppido ditionis Ultraiectine ad Rhenum, erat D. utriusque iuris. Habuit duos fratres: Henricum et Nicolaum, qui filium habuit Henricum ex quo Elijsabetha Lijsters, nupta Craijvanger, habitabat Rhene 1617. Habuit etiam Gerardus Lijstrius sorores duas: Christinam Lijsters, nupta in urbe Rhena N. de Bruijn (cuius posteritas intermortua est) et Alidt Lijsters, nupta in urbe Rhena Goossewijno Lijnden, cuius cognatus erat legatus D. Jacobus Dijckius, primus legatus Suevorum regis ad confederat. Belgii ordinis 1615. Hic Gerardus Lijstrius erat familiarissimus Erasmo et ad eius Moriae Aencomium commentaria edidit, ac in epistolis Erasmus saepe ad eum scribit, et Christinulam uxorum eius saepe salutat, cuius nomine postea filia huius Margrete appellata est, quae Joanni Heurnio nupta fuit.
Hieronder volgt de vertaling en enige opmerkingen van Pater A. van der Drift van de Sint-Adelvertabdij te Egmong-Binnen:
Gerardus Lijstrius werd geboren in Rhenen aan de Rijn, een stad onder het gezag van Utrecht; hij was doctor in de beide rechten.
Hij had twee broers: Henricus en Nicolaus, wiens dochter Elijsabetha Lijsters, die gehuwd was met Craijvanger, te Rhenen woonachtig was in 1617.
Gerardus Lijstrius had ook twee zusters: Christina Lijsters, in de stad Rhenen met N. de Bruyn gehuwd (wier nageslacht uitgestorven is) en Alidt Lijsters in de stad Rhenen gehuwd met Goosewijn Lijnden, wiens verwant was Heer Jacobus Dijckius, de eerste gezant van de koning der Sueven bij het verbond met het Hollands staatsbestel in 1615.
Deze Gerardus Lijstrius was zeer bevriend met Erasmus en hij gaf een commentaar uit op diens Lof der Zotheid en in brieven schrijft Erasmus hem vaak en dikwijls groet hij dan zijn vrouw Christientje, wier dochter Margrete later naar haar genoemd werd, die gehuwd was met Johannes Heurnius.

Relaties:

Gehuwd met Justina (Stijtje)

Bronnen:

1. De Nederlandsche Leeuw blz/akte Jrg. 1981, kolom 25, pag. 161883

Laatst gewijzigd: 18 november 2020
link: https://ngv-stambomen.nl/gdp/index.php/pers/get/5-7319 
Kopieer permalink
Gekopieerd!
...rapport wordt opgesteld... een ogenblik...

...rapport wordt opgesteld... een ogenblik...

Database: GensDataPro 3.1