Hij behoorde tot een Gorcumse patriciërsfamilie en moet al jong een succesvol zakenman en waarschijnlijk ook riviertolbeambte zijn geweest. Op zijn baret zit zit een broche met de letters IAS, die zouden verwijzen naar de Latijnse versie van zijn lijfspreuk "In Aquis Sternuus" ('Int Water Clouc', oftewel Dapper in het water, wat verwijst naar zijn achternaam). Achter hem jangen bundels brieven en manuscripten om zijn geletterdheid te onderstrepen. Bron: Rijksmuseum Amsterdam, tentoonstelling 'Vergeet me niet' september 2021
Hij woonde aan het Marktveld te Gorinchem, secretaris van Gorinchem en het Land van Arkel (1501), Heilige-Geestmeester van Gorinchem (1519/20)
Jan woonde aan het Marktveld en was in 1519 en 1520 Heilige Geestmeester. Op 19-12-1517 deelde hij met zijn zwagers de goederen, nagelaten door zijn schoonouders Aert Adriaensz en Aleyt, alsmede door zijn zwager Heer Adriaen Aertsz, priester; bij die verdeling verkreeg Jan een rentebrief van 7 schilden 's jaars, terwijl bovendien aan zijn zoon Jacop een jaarlijkse rente van 6 rijnsgulden werd verzekerd. Deze Jacop beloofde in 1524 aan zijn ouders levenslang 4 rijnsgulden maandelijks, welke uiitkering, wanneer één hunner zou komen te overlijden, verminderd zou worden tot 3 rijnsgulden t.b.v. de langstlevende. (NL, Jrg 27(1909) kol. 43).
Hij was reeds gehuwd in1484 en werd in 1501 aangesteld tot secretaris van de stad
Gorinchem en den lande van Arkel, welk ambt hij bekleed heeft tot 1517. Hij woonde aan het Marktveld en was in 1519 en '20 Heilige-Geestmeester; omstreeks 1527 is hij overleden. Hij was gehuwd met Margriet Aertsdr. en deelde 19 Dec. 1517 met zijne zwagers de goederen, nagelaten door zijne schoonouders Aert Adriaensz. en Aleyt, alsmede door zijn zwager Heer Adriaen Aertsz., priester; bij die verdeeling verkreeg Jan een rentebrief van 7 schilden 'sjaars, terwijl bovendien aan zijn zoon Jacop eene jaarlijksche rente van 6 rijnsgulden werd verzekerd. Deze Jacop beloofde in 1524 aan zijne ouders levenslang 4 rijnsgulden maandelijks, welke uitkeering, wanneer een hunner zou komen te overlijden, verminderd zou worden tot 3 rijnsgulden ten behoeve van den langstlevende.
was reeds gehuwd in 1484 en werd in 1501 aangesteld tot secretaris van de stad
Gorinchem en den lande van Arkel, welk ambt hij bekleed heeft tot 1517. Hij woonde aan het Marktveld en was in 1519 en 1620 Heilige-Geestmeester; omstreeks 1527 is hij overleden. Hij was gehuwd met Margriet Aertsdr. en deelde 19 Dec. 1517 met
zijne zwagers de goederen, nagelaten door zijne 0schoonouders Aert Adriaensz. en Aleyt, alsmede door zijn zwager Heer Adriaen Aertsz., priester; bij die verdeeling verkreeg Jan een rentebrief van 7 schilden 'sjaars, terwijl bovendien aan zijn zoon
Jacop eene jaarlijksche rente van 6 rijnsgulden werd verzekerd. Deze Jacop beloofde in 1524 aan zijne ouders levenslang 4 rijnsgulden maandelijks, welke
uitkeering, wanneer een hunner zou komen te overlijden, verminderd zou worden t o t 3 rijnsgulden ten behoeve van den langstlevende.
Laatst gewijzigd:
7 april 2025
link:
https://ngv-stambomen.nl/gdp/index.php/pers/get/5-54113
Gekopieerd!