Benoemd in de costumiere raad in maart 1544 werden vier personen tot de costumiere raad benoemd.
Hun namen waren:
1. Christoffel, graf von Moers, oud bevelhebber te Wageningen onder hertog Karel en diens raad en een der Gelderse raden van hertog Willem van Kleef;
hij werd benoemd uit de ridderschap van het Kwartier van Veluwe;
2. Johan van Wytenhorst, heer tot ter Horst, drost van het land van Kessel (Overkwartier), benoemd uit de ridderschap van het Overkwartier;
3. Jacob Pieck tot IJzendoorn, benoemd uit de ridderschap van het Kwartier van Nijmegen; en
4. Jan van Keppel, landdrost van Zutphen, benoemd uit de ridderschap van het Kwartier van Zutphen.
Met de aanstelling van deze vier costumiere of inheemse raden voldeed Karel V aan de toezegging, gedaan bij het tractaat van Venlo,
dat hij raden aan de stadhouder toe zou voegen, die op de hoogte waren van de inheemse rechten en gewoonten.
Hij was heer van Enspijk, in 1545 raadsheer in het Hof van Gelre (overl. 1574) zoon van Herman bij Maria van Vena van Gessenburg. Hun zoon Herman Pieck (overl. 1561), gehuwd met Barbara van Middachten, Antonisdr bij Anna van Arnhem, als erfgenaam zijner moeder 20 Nov. 1545 beleend, vernieuwt 1 Dec. 1556 den eed van slot en gericht (te
IJzendoorn), hoog en laag, uitgenomen de halve hooge heerlijkheid ,, dat aan ‘t lijf draegt, twelck sullen wtrichten d’amptluyden met heuren
richter na alden hercommen”. Zij werd in 1535 ook met de waarden en het halve dagelijksch gericht te Dreumel beleend, den Eijerwaard
uitgezonderd.
Laatst gewijzigd:
29 januari 2021
link:
https://ngv-stambomen.nl/gdp/index.php/pers/get/5-46581
Gekopieerd!