Op 5 april 1617 komen overeen Lieven Hendricksz Schipper, wonende te Hoorndijck, als oom en bloedvoogd vabn Hendrick Jacobsz, weeskind van wijlen Emmigje Jacobsdr., die een dochter is geweest van Jacob Cornelisz, in leven gewoond hebbende te Ouderkerk aan den IJssel, ter eenre en Leendert Jacobsz, Jacob Jacobsz en Dirck Jansz (Pronck), als getrouwd hebbende Fijgje Jacobsdr., ter andere zijde dat Hendrick Jacobsz, als erfgenaam van Jacob Cornelisz.., zal hebben in plaats van de 80 gulden, die hem bij testament van Jacob Cornelisz., zijn bestevaer (grootvader) waren gelegateerd, de som van 94 gulden en dat in voldoening van al hetgeen Hendrick Jacobsz toekwam uit de nagelaten goederen van Jacob Cornelisz..
Jacob Cornelisz maakt op 5 mei 1615 ten overstaan van notaris Jan Reyniersz van Woerden een testament op. Hij benoemt tot zijn erfgenamen in de legitieme portie Marrigje Jacobsdr en het wettigfe kind of de wettige kinderen van Jan Jacobsz en Emmigje Jacobsdr in zijn eerste huwelijk verwetkt bij Emmigje Jacobsdr, zijn eerste echtgenote, waarvoor hij Marrigje Jacobsdr en het kind of de kinderen van Jan Jacobsz en Emmigje Jacobsdr, te weten elke hand de van 80 gulden legateert, waarmee zijn voorkinderen en kindskinderen tevreden moeten zijn. In zijn resterende na te laten goederen stelt hij tot erfgenamen Leendert Jacobsz en Jacob Jacobsz en Fijgje Jacobsdr, zijn twee zonen en dochter door hem in het derde huwelijk verwekt bij Marrigje Leendertsdr, zijn derde echtgenote.
Laatst gewijzigd:
18 november 2020
link:
https://ngv-stambomen.nl/gdp/index.php/pers/get/5-30076
Gekopieerd!