Stamboom van Hagenbeek

[Nieuwe Pekel A 26.01.1720] Hindrik Jans Das en Teuntje Peters lenen 82 Car. gulden van Eggo Jacobs Muller en Geesje Abrahams van Winschoten, 'hercomende geleverd hout'.
Hij hertrouwt te Winschoten 01.02.1722 met Antie Jans, wed. van Hendrik Vleugel.
[Winschoten 31.01.1722] Voor hem: Geert Jans Rijsenbrie en Harm Jans Das, broers.
Voor haar: Gerrit Pieters, zwager.
Hendrik Das ontvangt de plaats aan de Noordkant van het ongedeelde veen lot 10, in erf van zijn schoonvader. De plaats wordt daarbij gedeeld. Hendrik Jans Das pacht daarna ongeveer een derde deel van de totaal 6 gras 60 roede grote plaats. In 1730 gaat hij een keerkoop aan met Harm Geerts Drajer en pacht dan lot 13 [Staatboek, 1720, 1730, 1740]. Deze plaats wordt overgenomen door zijn zoon Jan Hindrix Dasse.
[RA V nn 1725] Hindrik Jans Das en Antie Jans verkoopt zekere tjalkschuite met zeil, treil, kloeten, planken, ankers, touwen en koksgereedschap, zoals door verkoperen zelfs is bevaren voor 200 Car. gulden aan Hendrik Geerts (Brakke ?).
[RA V nn 11.01.1734] Hendrik Jans Das en Antje Hendriks verkoopt zijn snabbe schuite incl. de mast en zeilen voor 108 Car. gulden en een zilveren ducaton voor de verkopersche aan Berent Pauwels.
[RA V nn 29.02.1752] Jan Hendriks Das, gevolmagt door zijne moeder Anje Jans, verkoopt twee kampen land uit verkopersche plaats nr.13 voor f 188 aan Bartholt Harms en Reijne Izraels, zijnde het eerste lang 25 roeden van de tuinen van Albert Datema en Harm Geerts Draaijer opstrekkende en het tweede daaraan grenzende 10 roeden en 10 voeten en de breedte van beide 10 roeden en 5 voeten, zwettende ten Noorden en ten Oosten verkopersche, ten Zuiden de genoemde tuinen, en ten Westen Andries Menses.